Is Nederlands niet je moedertaal, maar wil je het wel leren? Dan kom je misschien woorden tegen die je bekend voorkomen. Dat kan, want er zijn veel internationale woorden die ook terugkomen in de Nederlandse taal. Deze pagina staat volledig in het teken van dergelijke woorden. We vertellen je eerst wat de invloed van andere talen op de Nederlandse taal is en gaan vervolgens in op Engelse, Franse, Duitse en Arabische woorden die in de Nederlandse taal gebruikt worden.
Invloeden van andere talen op de Nederlandse taal
Er zijn behoorlijk veel talen die invloed hebben (gehad) op de Nederlandse taal. Neem bijvoorbeeld het Latijn. In de Middeleeuwen en de 19e en 20e eeuw werden veel Latijnse woorden aan het Nederlands toegevoegd. De voornaamste reden hiervoor was dat veel boeken in die tijd in het Latijn geschreven waren. Daarnaast was het Latijn in die tijd de voertaal in de wetenschap. Podium, forum en datum zijn voorbeelden van Latijnse woorden die we ook in het Nederlands gebruiken.
Als je een beetje op de hoogte bent van de geschiedenis van Nederland, verbaast het je waarschijnlijk niet dat ook het Frans behoorlijk veel invloed heeft gehad op onze taal. Nederland was van 1795 tot 1813 namelijk onderdeel van Frankrijk. Hierdoor gebruiken we vandaag de dag nog steeds woorden als douche, capuchon, bouillon en garage.
De Nederlandse taal wordt het meest beïnvloed door het Engels. Dit is niet alleen iets van vroeger, want ook tegenwoordig wordt het Nederlands nog steeds beïnvloed door deze taal. Later op deze pagina staan we hier uitgebreider bij stil, maar toch willen we je alvast een idee geven van de invloed van het Engels op het Nederlands. Zo zijn woorden als deal, gamen, weekend en mailen een-op-een uit het Engels overgenomen.
Tot slot heeft ook de Duitse taal veel invloed gehad op het Nederlands. Dit is vrij logisch te verklaren, want Duitsland is ons buurland. Bovendien had Duitsland in de 19e eeuw een toonaangevende rol in de filosofie, natuurkunde en taalkunde, waardoor we Duitse woorden over zijn gaan nemen. Daarnaast trokken in deze eeuw veel Duitsers naar ons land om hier te werken, waardoor we ook steeds meer in aanraking kwamen met de Duitse taal. Enkele voorbeelden van Duitse woorden die we nog steeds gebruiken zijn: überhaupt, ober, sowieso, schmink en schwalbe.
Valse vrienden
Sommige Nederlandse woorden schrijf je op dezelfde manier als een woord in een andere taal. Zo kent zowel het Nederlands als het Engels bijvoorbeeld het woord ‘slim’. Omdat je dit woord op dezelfde manier schrijft, denk je misschien ook dat ze dezelfde betekenis hebben (iemand die veel weet). Toch is dit niet het geval, want in het Engels is ‘slank’ namelijk de betekenis van ‘slim’. Dergelijke woorden staan ook wel bekend als valse vrienden. Dit ‘probleem’ kan zich niet alleen voordoen bij Engelse woorden, maar ook bij woorden uit het Frans en Duits.
Barbarismen
Wie een woord of (deel van een) zin overneemt uit een andere taal terwijl hier ook ‘gewoon’ een Nederlandse variant voor is, gebruikt een barbarisme. Voorbeelden van een barbarisme zijn ‘mirakel’ (Frans) en ‘überhaupt’ (Duits). De reden dat we barbarismen gebruiken in de Nederlandse taal, is voornamelijk van politieke aard. Ten tijde van de Franse overheersing door Napoleon en de Duitse bezetting door Hitler kreeg het Nederlands er in korte tijd veel Franse en Duitse woorden bij. Tegenwoordig zijn barbarismen vooral afkomstig uit het Engels.
Engelse woorden in de Nederlandse taal
Waar we vroeger vooral woorden overnamen uit het Latijn, Frans en Duits, zijn veel ‘nieuwe’ Nederlandse woorden tegenwoordig afkomstig uit het Engels. Vaak komen ze samen met een voorwerp of begrip. Als er in het Nederlands geen eigen term voor is, blijft het Engelse woord vaak hangen. Na enige tijd is dit woord algemeen geaccepteerd en maakt het onderdeel uit van de Nederlandse taal. In de onderstaande tabel hebben we een aantal voorbeelden van Engelse woorden in de Nederlandse taal op een rijtje gezet.
Nederlands | Betekenis vanuit het Engels |
---|---|
airbag | vrij vertaald: botsballon |
airconditioning | klimaatregeling / klimaatbeheersing |
all-terrainbike | terreinfiets |
attachment | aanhangsel / vaak toegevoegd document bij e-mail |
award | onderscheiding of prijs |
babysitten | bij een baby / klein kind oppassen |
back-up | reservekopie |
badge | naamkaartje of speldje |
banner | webwimpel of webvertentie |
barbecueën | vlees roosteren |
barcode | streepjescode |
bashen | de grond in boren / kleineren |
bestseller | verkoopsucces, succes van een boek, -artikel of -product) |
big bang | oerknal |
billboard | reclamebord |
bodyguard | lijfwacht |
bookmaker | wedmakelaar |
bottleneck | flessenhals, struikelblok, breekpunt of knelpunt |
bottom-up | van onderop |
boycotten | uitsluiten |
briefing | instructiebijeenkomst of instructiegesprek |
browsen | over het web struinen |
browser | webverkenner of bladerprogramma |
brunchen | geen ontbijt, geen lunch maar een maaltijd daar tussenin |
businessplan | ondernemingsplan |
bypass | (ader)omleiding |
callcenter | belbalie of belbureau |
cancelen | afgelasten, annuleren, afzeggen of afblazen |
captain of industry | grootindustrieel, bedrijfstopman of bedrijfstopvrouw |
card | kaart of pasje |
carport | autoafdak of autoluifel |
cartridge | patroon of inktpatroon |
carwash | wasstraat |
cast | rolbezetting of spelersgroep |
catwalk | paradepad, plankier of passerel |
chatten | praten via het web |
checklist | controlelijst / afvinklijst |
chillen | je ontspannen |
citybike | stadsfiets |
coach | mentor, begeleider, tweedeurswagen of reisbus |
coachen | begeleiden |
collector’s item | verzamelaarsobject |
commercial | reclameboodschap of (reclame)spot(je) |
commitment | betrokkenheid, verbondenheid of toezegging |
consultant | adviseur |
container | afvalbak |
copywriter | tekstschrijver |
corebusiness | kernactiviteiten |
counter | tegenaanval, balie, toonbank of teller(tje) |
cover | omslag |
coverstory | omslagverhaal of omslagartikel |
crash | vliegtuigongeluk, botsing, (systeem)uitval, (computer)uitval of beursval |
crashen | verongelukken, neerstorten, te pletter slaan, platgaan [netwerk] of vastlopen [computer] |
creditcard | kredietkaart |
crew | bemanning of filmploeg |
dashboard | controlepaneel |
daten | uitgaan met / een relatie hebben met … |
deadline | uiterste aanlevertijd of sluitingsdatum |
dealer | autohandelaar, detailhandelaar, drugshandelaar of (erkend) vertegenwoordiger |
deleten | wissen of verwijderen |
design | vormgeving of ontwerp |
designer | (industrieel) vormgever of (industrieel) ontwerper |
disk | schijf(je) |
diskdrive | schijfstation |
dispenser | doseerverpakking of doseerflesje |
display | afleesschermpje |
disposable | wegwerpartikel |
dug-out | spelersbank |
e-commerce | webhandel of e-handel |
elektronisch bericht / post versturen en ontvangen via het web | |
efficiency | doelmatigheid |
employability | inzetbaarheid of emplooibaarheid |
entertainment | amusement |
exitinterview | exitgesprek, ontslaggesprek of uitstroomgesprek |
exitpoll | stembuspeiling |
eye-opener | openbaring / ontdekking / ‘oh ja’ moment |
feedback | terugkoppeling |
finetunen | precies afstellen |
flashback | terugflits |
floppy(disk) | schijfje |
flyer | strooibiljet |
follow-up | vervolg of vervolgbehandeling |
fulltime | voltijds |
funshoppen | winkelen om het plezier wat je hebt |
gamen | een spel spelen (vaak via internet) |
gang | bende |
gate | poort |
genfood | genvoedsel |
gentlemen’s agreement | herenakkoord |
ghostwriter | schaduwschrijver |
girlpower | meidenmacht |
golddigger | iemand als vriend/ vriendin uitkiezen om zijn /haar rijkdom |
gossipen | roddelen |
grapefruit | pompelmoes |
hacken | inbreken op een computer / server |
hacken | (computer)kraken |
hacker | (computer)kraker |
hand-out | vaak samenvatting van een presentatie/ uitreiksel of volgstuk |
handbike | rolstoelfiets |
handbiker | rolstoelfietser |
handlen | omgaan met |
handsfree | handvrij * handenvrij |
happy hour | kortingsuurtje of voordeeluurtje |
harddisk | harde schijf of vaste schijf |
hardliner | havik |
headhunter | kaderjager of kaderwerver |
hearing | hoorzitting |
heat | (voor)ronde of serie [sport] |
helpdesk | klantenservice of hulpbalie |
hi(gh)tech | toptechnologisch of toptechnisch |
highfiven | opgestoken handen van meerdere personen tegen elkaar slaan |
hinten | een tip geven / suggestie doen |
holding | houdstermaatschappij |
homepage | ‘thuispagina’ van een website |
hooligan | voetbalvandaal |
hot issue | heet hangijzer of topactualiteit |
house-warmingparty | (huis)inwijdingsfeest of intrekfeest |
hype | (media)gekte of (media)rage |
hardliner | koppeling naar een bericht op een website |
impact | invloed / uitwerking / draagwijdte |
impact hebben | aankomen of inslaan |
inchecken | aanmelden / melden / inschrijven |
incrowd | binnenkring |
inloggen | verbinding maken met een programma op internet |
intakegesprek | aannamegesprek, opnamegesprek of inschrijvingsgesprek |
Internet Service Provider | internetaanbieder |
inzoomen | nader op iets ingaan |
issue, hot | zie hot issue |
item | onderwerp of punt |
jammen | improviseren |
jetlag | vliegkater |
jobshoppen | naar een andere baan op zoek gaan |
joggen | hardlopen |
joken | grapjes maken |
joystick | stuurstok of (spel)pookje |
jumpen | springen / dansen |
junkfood | niet gezond eten / snelle tussendoortjes |
junkfood | vulvoer |
keepen | als doelman |
kicken | enthousiast van iets worden |
kiten | vliegeren |
klantenservice | klantendienst |
klonen | een duplicaat van iets maken |
knowhow | kennis of deskundigheid |
labelen | markeren |
laptop | klein formaat computer / mee te nemen in een tas |
last-minuteboeking | valreepboeking |
last-minutereis | valreepreis |
launchen | iets introduceren / uitbrengen |
lay-out | opmaak of vormgeving |
leasen | huren |
leisurepark | pretparadijs of megattractiepark |
liken | iets leuk vinden op social media |
link | schakel of verband |
linken | verbinden / naar iets verwijzen |
live | rechtstreeks, direct, in het echt of in het wild |
live-muziek | levende muziek |
livestreamen | iets live bekijken op internet |
lobby | pleitgroep, belangengroep of pressiegroep |
locker | kluisje of bagagekluis |
magazine | tijdschrift |
mailen | bericht versturen via een e-mail |
mailing | postreclame, rondschrijven of rondzendbrief |
mailinglist | verzendlijst |
mailtje | netberichtje |
mainport | hoofdhaven of tophaven |
managen | onder controle hebben / houden / besturen |
masterplan | kaderplan |
matchen | iets bij iets anders laten passen |
meeting | bijeenkomst, vergadering of bespreking |
mismanagement | wanbeheer, wanbeleid of wanbestuur |
mixen | mengen |
mountainbike | klimfiets of bergfiets |
mousepad | muismat |
multiple choice | meerkeuze |
multitasken | meerdere dingen tegelijk doen |
muten | tijdelijk geluid uitzetten / stil zijn |
namedropping | naamsnoeverij of naamsnoeven |
native speaker | moedertaalspreker |
netflixen | films / series bekijken via Netflix |
no way | niet dus / geen sprake van |
no-go area | mijdgebied |
no-tolerance | (beleid) of geen-pardon(beleid) |
notebook | zakcomputer |
nursen | iemand verzorgen |
oneliner | pakzin, pakkende zin |
optimizen | optimaal maken |
outfit | uitdossing / uitmonstering / uitrusting |
outlinen | de contouten schetsen |
outplacement | vertrekbemiddeling of uitplaatsing |
output | productie / uitkomst/ opbrengst / resultaat / rendement |
outsider | buitenstaander |
outsourcen | uitbesteden van werk / uitlenen (detacheren) van personeel |
overdone | overdreven of té |
overheadprojector | transparantprojector |
pallet | laadvlonder voor transport grote aantallen goederen |
palmtop(computer) | handpalmcomputer of handcomputer |
parttime | deeltijd |
partycrashen | onuitgenodigd op een feest verschijnen |
password | wachtwoord |
patch | herstelprogramma of pleisterprogramma [i.c.t.] |
penthouse | dakwoning of topwoning |
peptalk | opbeurend / motiverend gesprek |
performance | voorstelling, uitvoering, (manier van) optreden of prestatievermogen |
phishing | iemand gegevens zien te ontfutselen via een link in een e-mail |
pilot | voorstudie, proefproject of proef |
pin-up | prikkelpoes, punaisepoes of punaisekater |
pinpointen | iets precies bepalen |
placemat | tafelmatje |
parttime | deeltijd |
policy | beleid |
polls | peiling(en) |
portable | draagbaar |
portal(-site) | portaalpagina, startpagina of poortweblocatie [i.c.t.] |
prank | grapje |
prime time | toptijd of piektijd |
provider | (internet-)aanbieder |
quizmaster | spelleider |
quoten | citeren of aanhalen |
racen | hard lopen/rijden |
rappen | zingteksten zingen of uitspreken |
raven | aan een houseparty meedoen |
reader | tekstbundel, syllabus of artikelenbundel |
real-life soap | sleutelgatserie of inkijkserie |
recycled | kringloop |
relaxen | chillen, ontspannen |
research | onderzoek / speurwerk |
resetten | herstarten |
rollerskate | rolschaats |
roots | wortels · herkomst |
royalties | auteurspercentage |
royalty-watcher | hofverslaggever, hofkenner of koningshuisvorser |
running gag | repeteergrap |
sabbatical (leave) | sabbatsverlof of opfrisverlof |
safe sex | het veilig vrijen of veilige seks |
sale | uitverkoop / opruiming |
sales | omzet / verkoop |
salesmanager | verkoopleider |
saven | opslaan |
scammen | geld of informatie afhandig zien te maken |
scannen | inlezen of aftasten |
screenen | doorlichten |
screensaver | schermbeveiliger |
sealen | infoliën, verzegelen of dichtfoliën |
second opinion | tweede beoordeling / mening / diagnose |
selfservice | zelfbediening of zelfbedieningswinkel |
selfsupporting | zelf voorziend |
service | dienstverlening, bediening, -dienst of opslag [sport] |
servicebeurt | onderhoudsbeurt |
sheet | transparant, projectievel, vel of flap |
shockvertising | schokreclame of schokvertentie |
shop | winkel, winkelafdeling of -hoek |
shoppen | winkelen |
skate, skeeler | schaats of lijnrolschaats |
skateboard | schaatsplank |
skateboarden | plankschaatsen |
skaten, skeeleren | lijnrolschaatsen |
skyline | (stads)silhouet of kimlijn |
slipstream | windschaduw, glijstroom of kielzog |
slogan | leus of slagzin |
snowboard | sneeuwplank |
snowboarden | plankskiën |
spaceshuttle | ruimteveer |
speaker | luidspreker of omroeper |
spin-off | uitstralingseffect, neveneffect, bijproduct of afgeleide |
stalken | belagen of dwangvolgen |
stand | kraam |
stand-by | paraat staan / in de wachtstand / oproepbaar |
stand-upcomedian | cabaretstandwerker |
stand-upcomedy | standwerkcabaret |
statement | bewering /uitspraak |
sticker | plakker |
stock | voorraad of aandelenkapitaal |
stockvoorraad | standaardvoorraad of basisvoorraad |
stopwatch | stopklokje |
streamen | via een internetverbinding een film bekijken of muziek luisteren |
submitten | je inschrijven voor iets |
surfboard | zeilplank of golfplank |
surfen | plankzeilen, golfrijden, brandingrijden, webstruinen of netzwerven [ict] |
survival(tocht) | overlevingstocht |
switchen | omschakelen / wisselen |
tackelen | iets onder controle krijgen / mee aan de slag gaan |
talkshow | praatprogramma |
taskforce | taakgroep / projectgroep / stuurgroep |
teamwork | groepswerk /samenwerking |
teasen | plagen |
thumbnail | (klein) klikplaatje |
ticket | kaartje |
tiewrap | zaagtandsluiter, treksluiter of trekboeien |
time-out | onderbreking / adempauze |
timesharing | tijdsdeling, simultaanbediening of deeltijdeigendom |
tool(s) | gereedschap, instrument(en), werktuig(en) of hulpmiddel(en) |
top-down | van bovenaf geregeld |
trainen | oefenen / oefeningen doen |
transfer | overboeking, overschrijving, (aanvullend), vervoer of (spelers)overdracht |
trashen | iets kapot maken / weggooien |
tray | draagblad, draagplateau of dienblad |
trial and error | proefondervindelijk, gissen en missen, gis- en- mismethode of met vallen en opstaan |
try-out | proefvoorstelling |
tycoon | magnaat |
uitchecken | afmelden / uitschrijven |
understatement | onderdrijving |
up-to-date | bijgewerkt / laatste versie |
update | actualisering of bijgewerkte versie |
updaten | actualiseren / herzien / bijwerken |
upgrade | opwaardering, uitbreiding, verbeterde versie of (klassen)toeslag |
viewen | kijken |
virtual reality | virtuele werkelijkheid |
vloggen | een weblog met video’s |
voice-over | overstem of commentaarstem |
voicemail | ingesproken tekst die te horen is bij afwezigheid persoon |
voucher | boekingsbewijs of reserveringsbewijs |
wallpaper | schermbehang |
wasten | verloren laten gaan |
watermanagement | waterbeheer |
webcammen | opnames maken met een webcam |
webdaten | contact met iemand zoeken via het internet |
website | webstek of weblocatie |
wetland | drasland of waterland |
wheeler | rolstoeler, rolstoelsporter of rolstoelatleet |
whiplash | zweepslagtrauma of nekzweepslag |
whiteboard | (vilt)stiftbord of magneetbord |
workshop | werkvergadering, werkbijeenkomst, deelbijeenkomst of werkgroep |
worst-casescenario | doemscenario of rampscenario |
zappen | van tv zender naar tv zender schakelen |
zero-tolerancebeleid | geen-pardonbeleid |
zipdrive | zipstation |
zoomen | deelnemen aan een zoom vergadering / bijeenkomst |
Engelse leenwoorden met ‘de’ en ‘het’
Leenwoorden uit het Engels worden in de Nederlandse taal gebruikt in combinatie met het lidwoord ‘de’ of ‘het’. Ondanks dat het hier om korte woordjes gaat, zijn dit woorden die voor non-native Nederlanders moeilijk te begrijpen zijn. Native Nederlanders gebruiken vaak automatisch het juiste lidwoord, zelfs als het zelfstandig naamwoord uit een andere taal komt.
Weet je niet of je ‘de’ of ‘het’ gebruikt bij woorden die uit het Engels afkomstig zijn? Onthoud dan dat veel Engelse leenwoorden - net zoals in het Nederlands - ‘de-woorden’ zijn. Voorbeelden hiervan zijn: de deal, de show, de buggy, de tool en de afterparty. Toch zijn er ook Engelse woorden die ‘het’ als lidwoord krijgen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij namen van talen, sporten, materialen en abstracte begrippen: het rugby, het scrabble, het plastic.
Als een Engels leenwoord een Nederlands woord heeft dat hier sterk op lijkt, wordt er vaak hetzelfde lidwoord gebruikt. Het Engelse ‘work’ lijkt bijvoorbeeld veel op het Nederlandse ‘werk’. Omdat we in Nederland ‘het’ gebruiken voor de meeste woorden met ‘werk’, doen we dit ook bij Engelse leenwoorden met ‘work’. Zo is het bijvoorbeeld ‘het teamwork’. Er zijn overigens ook nog een aantal Engelse leenwoorden die in het Nederlands het lidwoord ‘het’ krijgen zonder dat ze aan één van de hierboven genoemde voorwaarden voldoen.
Tot slot zijn er Engelse leenwoorden die zowel met het lidwoord ‘de’ als ‘het’ voor kunnen komen. Als het ene lidwoord meer gebruikt wordt dan de andere, kan dit ertoe leiden dat deze de overhand krijgt en als ‘normaal’ wordt beschouwd. Voorbeelden van Engelse leenwoorden die zowel met ‘de’ als ‘het’ voor kunnen komen zijn: badge, issue, notebook en sample.
Spellingregels voor Engelse woorden in de Nederlandse taal
Doordat de Nederlandse taal veel beïnvloed wordt door het Engels, hebben we soms de neiging om Engelse woorden te gebruiken. Bovendien worden Nederlandse woorden steeds vaker op een Engelse manier geschreven. Omdat niet iedereen de Engelse taal even goed kent, is dit niet altijd wenselijk. Gebruik daarom geen Engelse woorden als er een goed Nederlands alternatief beschikbaar is.
Soms kun je niet om het gebruik van Engelse woorden heen. In dat geval is het handig om op de hoogte te zijn van de spellingregels voor Engelse woorden in de Nederlandse taal. Te beginnen met de lidwoorden ‘de’ en ‘het’. Aangezien de meeste Engelse woorden mannelijk of vrouwelijk zijn, verwijs je hiernaar met ‘de’. Toch zijn er ook onzijdige woorden. Om te bepalen of je ‘de’ of ‘het’ gebruikt, kun je naar de Nederlandse variant van het woord kijken. Krijgt de Nederlandse variant van een Engels woord ‘het’? Dan krijgt het Engelse woord dit in de meeste gevallen ook.
De meervoudsvorm van Engelse woorden die op ‘-y’ eindigen, leveren in het Nederlands ook geregeld problemen op. Zo denken Nederlanders al snel dat ‘hobbies’ het meervoud is van ‘hobby’, maar dat is niet het geval. Als een Engels woord op ‘-y’ eindigt, plakken we hier in het Nederlands namelijk ‘’s’ achter. Het meervoud van ‘hobby’ is dus 'hobby's'.
Tot slot lopen veel Nederlanders tegen problemen aan bij het vervoegen van Engelse werkwoorden als updaten en downloaden. Als we je vragen wat het voltooid deelwoord van ‘updaten’ is, weet je misschien niet wat het juiste antwoord is. Om te bepalen wat de juiste spelling is, gebruik je ‘‘t sexy fokschaap’. Deze opvolger van ‘’t kofschip’ is bedacht omdat we in de Nederlandse taal steeds meer Engelse leenwoorden gebruiken. De stam van ‘updaten’ is ‘update’. Omdat de ‘e’ niet in ‘’t sexy fokschaap’ zit, plaats je er een ‘-t’ achter en ‘ge-’ voor. Hierdoor wordt het geupdatet’. Om te voorkomen dat de ‘e’ en ‘u’ als één klank (eu) uitgesproken worden, komt er een trema op de ‘u’: geüpdatet.
Hippe Engelse woorden
Waar sommige Engelse woorden amper voorkomen in het Nederlands, komen anderen juist ontzettend vaak voor. Hieronder hebben we een aantal hippe Engelse woorden op een rijtje gezet die veel gebruikt worden in de Nederlandse taal.
- struggelen
- gefotoshopped
- commitment
- customizen
- streamen
- livestream
- afkicken
- checken
- chatten
- mailen
- fitnessen
- deleten
- downloaden
- boycotten
- gamen
Franse woorden in de Nederlandse taal
In Nederlandse zinnen kunnen niet alleen woorden voorkomen die afkomstig zijn uit het Engels, maar ook woorden uit het Frans. Dit begon allemaal in de middeleeuwen. In deze periode was Frans namelijk de voertaal van de rijke Nederlanders. Bovendien is Nederland van 1810 tot 1813 onderdeel geweest van Frankrijk. Gedurende deze drie jaar was het Frans - naast het Nederlands - de officiële taal van ons land.
Ondanks dat Franse woorden in de Nederlandse taal al sinds jaar en dag voorkomen, weten veel Nederlandse van sommige woorden niet dat ze uit het Frans afkomstig zijn. Dit komt vooral doordat deze woorden in de loop der jaren vernederlandst zijn. Zo heeft een groot aantal van deze woorden inmiddels een Nederlandse uitspraak en worden de Nederlandse spellingregels erop toegepast. ‘Sigaret’ is een voorbeeld van een woord dat uit het Frans komt. Dit woord is namelijk afgeleid van het Franse ‘cigarette’.
Franse woorden die meegenomen zijn in de Nederlandse taal
Hierboven gaven we al een voorbeeld, maar er zijn nog veel meer Franse woorden die meegenomen zijn in de Nederlandse taal. Om je hier een beter beeld van te geven, hebben we een overzicht gemaakt van Nederlandse woorden die uit de Franse taal komen. Je ziet tevens van welk Franse woord het Nederlandse woord is afgeleid.
Nederlands | Afgeleid van het Franse woord |
---|---|
toetje | tartelette |
humeur | humeur |
vinaigrette | vinaigrette |
etalage | étalage |
stokbrood | baguette |
kantine | cantine |
limonade | limonade |
panache | panache |
bureau | bureau |
chauffeur | chauffeur |
conducteur | conducer/conduire |
contant | comptant |
paraplu | parapluie |
douane | douane |
crèche | crèche |
bagage | bagage |
coulissen | coulissen |
dressoir | dressoir |
charmant | charme |
interieur | intérieur |
gourmetten | gourmet |
entree | entrée |
etui | estui |
kostuum | costume |
etage | étage |
bizar | bizar |
lenig, soepel | souple |
sceptisch | sceptique |
soelaas, opluchting | soulagement |
schandaal, ergernis | scandale |
praktijk | pratique |
genant | gêner |
restaurant | restaurant |
chique | chique |
cadeau | cadeau |
Duitse woorden in het Nederlands
Naast Engelse en Franse woorden komen er in de Nederlandse taal ook aardig wat Duitse woorden voor. Beide talen hebben een Germaanse achtergrond, waardoor dit vrij logisch te verklaren is. Daarbij komt dat Duitsland een buurland is. Benieuwd welke Duitse woorden in het Nederlands veel gebruikt worden? Wij hebben er hieronder een aantal voor je op een rijtje gezet, inclusief de betekenis vanuit het Duits.
Nederlands | Betekenis vanuit het Duits |
---|---|
überhaupt | hoe dan ook, sowieso, toch al of in het geheel genomen |
radler | drank die voor de ene helft uit bier bestaat en voor de andere helft uit limonade |
bratwurst | worst van varkens-, kalfs- of rundvlees |
rottweiler | hondenras dat afkomstig is uit Duitsland |
schlager | betekent letterlijk ‘successtuk’ en wordt gebruikt als naam voor typisch Duitse muziek |
wanderlust | verlangen om te reizen |
ordner | map die we gebruiken om papieren te ‘organiseren’ |
fingerspitzengefühl | instinct |
Sturm und Drang | deze term duidt op een ‘jeugdig, onstuimig idealisme’. De Sturm und Drang-periode (1767-1782) is een fase uit de Duitse geschiedenis ten tijde van de Verlichting. Diverse jonge, romantische schrijvers keerden zich tegen traditie en het gezag. Goethe was een bekende schrijver uit de historische Sturm und Drang-periode |
einzelgänger | iemand die graag zelfstandig handelt |
lederhose | leren broek die sinds jaar en dag in Zuid-Duitsland en Oostenrijk gedragen wordt |
ausputzer | laatste man in de verdediging van een voetbalelftal |
pappenheimer | ‘Ik ken mijn pappenheimers’ is een Nederlands spreekwoord en betekent dat je weet wat je aan de mensen om je heen hebt |
übermensch | benaming die gebruikt wordt voor iemand die boven een groep mensen staat doordat hij bepaalde eigenschappen en/of kwaliteiten heeft |
spieken | afkijken bij iemand anders |
aha-erlebnis | uitdrukking die iemand gebruikt als hij plotseling een nieuw inzicht krijgt |
spielerei | iets wat je voor je plezier doet |
leitmotiv | term die gebruikt wordt om aan te geven dat een bepaalde gedachte of bepaald idee leidend is |
sowieso | hoe dan ook, in elk geval |
zum Kotzen | ‘om te kotsen’, walgelijk |
zeppelin | luchtschip dat eruit ziet als een langwerpige ballon en gevuld is met licht gas |
Die Wende | letterlijk: ‘de onwenteling’ of ‘die friedlichen Revolution’ in de jaren 1989-1990. Een historische gebeurtenis, die beter bekend staat als de val van het communisme in Oost-Europa. Die Wende begon echt vorm te krijgen op 9 november 1989, toen de Muur openging en Oost-Duitsers in vrijheid de BRD in konden trekken. De Val van de Muur leidde het einde van de Koude Oorlog in Europa en de Duitse hereniging. De term “Die Wende” werd op 16 oktober 1989 voor het eerst gebruikt op de cover van Der Spiegel |
ober, kelner | bediende in de horeca |
scheiße | stopwoordje dat als poep, shit of stront vertaald kan worden |
rücksichtslos | meedogenloos, zonder pardon of zonder medelijden |
schmink | kleurstof voor op het gezicht om iemand er anders uit te laten zien |
jugendstil | benaming voor de kunststijl die tussen 1890 en 1914 opkwam. In Nederland gebruiken we hier - naast jugendstil - ook wel het Franse ‘art nouveau’ voor |
fröbelen | creatief bezig zijn zonder dat er een echt plan is. Wordt vaak vertaald als ‘knutselen’. |
heimwee | sterk verlangen naar huis |
schadenfreude | leedvermaak |
streber | ambitieus persoon |
hüttenkäse | kwarkachtige kaassoort met een korrelige structuur |
apfelstrudel | traditioneel gebak afkomstig uit het voormalige Oostenrijk-Hongarije |
unheimlich | eng, akelig, angstig of griezelig |
Bildung | algemene en persoonlijke vorming in het onderwijs |
chefsache | iets waarover de baas een beslissing moet nemen |
schwung | enthousiast, uitbundig |
gefundenes Fressen | buitenkansje, gemakkelijke prooi |
schwalbe | term die binnen het voetbal gebruikt wordt voor een fopduik |
kaltstellen | uitschakelen |
ach so | op die manier |
quatsch | onzin |
weltschmerz | smart om het leven zoals het is |
krimi | misdaadgenre |
bühne | podium |
föhn | haardroger |
fremdkörper | indringer, infiltrant |
glühwein | verwarmde, alcoholische drank die vaak rond Kerstmis gedronken wordt |
lebensraum | levensruimte |
salonfähig | toegankelijk, sociaal acceptabel |
zeitgeist | tijdgeest |
poltergeist | klopgeest |
schnitzel | dun, gepaneerd lapje vlees |
angstgegner | tegenstander waarvoor iemand bang is door in het verleden behaalde resultaten |
ankeiler | zinnetje of korte tekst om lezer nieuwsgierig te maken |
Arabische woorden in de Nederlandse taal
Dat de Nederlandse taal invloeden uit het Engels, Frans en Duits bevat, is voor de meeste Nederlanders wel bekend. Wat veel mensen niet weten, is dat de Nederlandse taal ook beïnvloed wordt door het Arabisch. Werp maar eens een blik op de onderstaande tabel. Hierin staan Arabische woorden die we in het Nederlands veel gebruiken.
Arabisch woord | Arabische betekenis en herkomst |
---|---|
caravan | verplaatsbare woning, afgeleid van het Arabische ‘karawan’ |
koffie | warme drank, afgeleid van het Arabische ‘qahwa’ |
benzine | brandstof, afgeleid van het Arabische ‘lubān jāwī |
oranje | sinaasappel, afkomstig van het Perzische ‘narang’ en via het Arabisch in het Spaans terechtgekomen |
alcohol | destillatie product, afgeleid van het Arabische ‘al-kuhl’ |
cijfer | getal, afgeleid van het Arabische ‘sifr’ dat ‘nul’ of ‘leeg’ betekent |
mummie | gebalsemd lijk, afgeleid van het Arabische ‘mūmiyā’ |
giraf | benaming voor het dier dat gebaseerd is op het Arabische ‘zuraf’ |
fanfare | orkes, afgeleid van het Arabische ‘farfār’ |
tarief | prijs, afkomstig van het Arabische ‘ta’rīf(a)’ |
katoen | natuurlijk product, afkomstig van het Arabische ‘qutn’ |
kabel | snoer met elektrische dragen, afgeleid van het Arabische ‘habl’ |
magazijn | pakhuis, ontleend aan het Arabische ‘makāzin’ |
karaf | fles met wijde buik, afgeleid van het Arabische ‘ḡarrāfa’ |
masker | voorwerp om je gezicht te bedekken, afgeleid van het Arabische ‘maskara’ |
matras | onderbed, afgeleid van het Arabische ‘al matrah’ |
oase | vruchtbare plaats in de woestijn, afkomstig van het Arabische ‘wāha’ |
Overige woorden
Al sinds de Middeleeuwen wonen er zigeuners in Nederland. Je verwacht het misschien niet direct, maar de taal van deze groep (Romani) heeft ook invloed gehad op onze taal. Dit geldt ook voor talen als het Azteeks en Jiddisch. In de onderstaande tabel zie je een aantal woorden die uit deze talen afkomstig zijn en die we nog steeds gebruiken in het Nederlands.
Nederlands | Herkomst |
---|---|
joekel | giuchél (Romani) |
gids | gadšo (Romani) |
mollen | muló (Romani) |
rum | rom (Romani) |
alcohol | destillatie product, afgeleid van het Arabische ‘al-kuhl’ |
verpatsen | pasj (Romani) |
avocado | ahuocatl (Azteeks) |
kaaiman | caiman (Azteeks) |
aardappel | chi-potatl (Azteeks) |
chocolade | chocolatl (Azteeks) |
tomaat | tomatl (Azteeks) |
gabber | chaveer (Jiddisch) |
gein | chen (Jiddisch) |
jatten | jad (Jiddisch) |
bajes | bajit (Jiddisch) |
meier | mei’oh (Jiddisch) |
Nederlandse woorden in andere talen
In het Nederlands worden veel woorden uit andere talen gebruikt, maar in andere talen komen ook woorden voor die van oorsprong Nederlands zijn. Neem bijvoorbeeld het Engelse woord ‘boss’. Dit is afkomstig van het Nederlandse ‘baas’. Andere Nederlandse woorden die in andere talen voorkomen zijn:
- geluk
- dijk
- duin
- beurs
- konijn
- niks
- fiscaal
- zondag